maandag 15 juni 2009

Dag 19: Terradillas de los Templarios - Bercianos del Real Camino


Om halfzes zijn we klaar wakker. Tot onze
verbazing slaapt iedereen op onze kamer nog stevig. We proberen zo stilletjes mogelijk onze spulletjes uit de kamer te halen. In het donker maken we onze rugzakken klaar, maar het lukt niet zo erg goed. Om kwart voor zeven zijn we klaar om te vertrekken. Het heeft deze nacht hard geregend en de paden zijn op plaatsen erg modderig.




Een goed uurtje later naderen we het dorpje Moratinos. We zien huizen - of zijn het bergruimtes - uitgegraven in de lage heuvels van leemgrond. Ze hebben netjes geverfde deuren en bovenop de heuvels staan schoorstenen en zelfs tv-antennes.


Nog een uur later komen we aan in San Nicolás del Real Camino, waar we ons ontbijt eten: twee bocadillos met ei en een café con leche. Eigenlijk een broodje teveel, want ze zijn gigantisch groot. Ook Marcel uit Brasschaat heeft er net ontbeten en spoelt de koffie door met een bruine Grimbergen. Even verder zit iemand aan zijn tweede glas wijn en nog verder aan de toog bestelt iemand een grote pint. Het is 8u30 in de morgen. We staan erbij en kijken er verbaasd naar.



Na nog anderhalf uur lopen we over een middeleeuws brugje langs de Ermita Virgen de Puente naar de stad Sahagún. Men is er bezig om de hekken op te ruimen, die gisteren hebben gediend om de stieren door de stad naar de arena te jagen voor de plaatselijke corrida.



Na Sahagùn gaat de tocht voor meer dan 10 km over een speciaal aangelegde kiezelweg evenwijdig met een rustige asfaltweg. Jenny's benen zijn vermoeid en ze gaat langzamer stappen. Eigenlijk heeft ze een flinke baaldag.



Na 2u30 komen we in Bercianos aan de lokale albergue is een grote woning, die vroeger aan rijke landeigenaars heeft toebehoord. Ze is opgetrokken in de typische bouwstijl van de streek: houten vakwerk met okerkleurige leem opgevuld. In deze streek was leem vroeger het enig beschikbare bouwmateriaal. Zelfs hout was bijzonder schaars. De 3 hospitaleras - vrijwilligers uit Léon - ontvangen ons hartelijk en we krijgen een bed op de bovenverdieping onder de houten balken. Jenny ploft neer op haar bed en is het volgende uur incommunicado. Als ze terug wakker is, gaan we de enige bar in het dorp. Wie zit er aan de toog? Ja hoor, Marcel met een dikke pint. Ook Lieve en Bert zijn toegekomen en hun kaarsjes zijn ook uit.



's Avonds hebben de hospitaleras voor alle pelgrims gekookt: een lekker slaatje en daarna pasta con carne. Er is wat onduidelijkheid over de wijn. De bedoeling was dat alle pelgrims zelf voor hun wijn zouden zorgen, maar een groot deel heeft dat blijkbaar niet begrepen. Gelukkig wordt alles broederlijk gedeeld. Al zingend wordt de afwas gedaan en daarna kijken we met z'n allen naar de prachtige zonsondergang. Bert voelt zijn scoutstijd terugkomen en heft "...ik heb de zon zien zakken in de zee...." aan. Tegen 22 u zoeken we onze veldbedjes op en even later zijn we al in dromenland.

Voor de overnachting, het avondmaal en het ontbijt mogen we gewoon een vrije bijdrage schenken. Dit geld dient om de pelgrims van morgen weer eten te kunnen geven en het huis in goede conditie te houden.

Al 444 km gedaan, nog 374 km te gaan.

1 opmerking:

  1. Reeds een eind over de helft. Geweldige prestatie van jullie.
    Ook bij het lezen van de reisverslagen kan men zich goed inleven.
    Nog veel "courage"
    Jan Th

    BeantwoordenVerwijderen