vrijdag 19 juni 2009

Dag 23: Villar de Mazarife - Santibáñez de Valdeiglesias


Rond 6 uur klepperen de ooievaars ons wakker. Jenny zou nog liever wat blijven luieren. Langer slapen betekent echter ook langer in de hete zon lopen, dus staat ze toch maar op. Er hangt nog een paar sokken van Hugo op de wasdraad, maar alles behalve de voordeur is afgesloten. Dus laten we ze noodgedwongen achter. Nog twee paar over dus.



Eerst stappen we 12 km over een asfaltweg. Links en rechts van de weg staan voedergewassen, vooral maïs en bieten. Omdat we gisteren vergeten zijn om inkopen te doen, hebben we ook niet ontbeten. Onze magen beginnen te grommen en zonder eten is de energietank al gauw leeg. Gelukkig bereiken we na 2u30 Villavante. In de bar verslinden we elk een grote bocadillo con jamón y queso, doorgespoeld met een grote café con leche. Een heleboel bekenden druppelen de één na de ander de bar binnen: Catharina, de 20-jarige Oostenrijkse die nu weer alleen stapt, Alex de uitgeputte Mexicaan, de Deen Jan die in Kopenhagen aan zijn tocht begonnen is. Even later ook Claude en Martine.


Dan stappen we verder over een kiezelweg naar Hospital de Órbigo. We komen het stadje binnen langs een zeer lange middeleeuwse brug. Hieraan is een waar gebeurd verhaal gekoppeld. Een ridder had aan een schoon madam de eerder onpraktische belofte gedaan om ter harer ere elke donderdag met een zware ketting rond zijn hals rond te lopen. Om van die belofte af te raken beloofde hij om 30 dagen lang - 15 dagen voor het feest van Sint-Jakob op 25 juli, en 15 dagen erna - elke ridder die over de brug zou komen tot een tornooi uit te dagen. En zo geschiede. Na de 30 dagen bracht de ridder de zware ketting naar Santiago de Compostela, waar ze een borstbeeld van Sint-Jakob siert.


Eens in de stad verzorgt Jenny Hugo's blaar op zijn kleinste teentje. Het ziet er al beter uit. Onderwijl stapt er een pelgrim met een ezel voorbij. We hebben de indruk dat de verstandigste van de twee er niet meer veel zin in heeft en dat hij de tocht geen tweede keer zal ondernemen. Zoals we weten stoot een ezel zich geen twee keer aan dezelfde steen.

Na Hospital de Órbigo wandelen we over een aardenweg de heuvels in. Nog 1u30 later zijn we in Santibañez de Valdieglesias, een onooglijk dorpje met één bar, geen winkel, geen restaurant en geen internet. We twijfelen om hier te overnachten, maar het volgende dorp is nog 9 km verder.

Om 13u opent de drukdoende Italiaanse hospitalero Erculo de albergue. Het is er gezellig en uit de commentaren in het gastenboek blijkt dat hij goed kan koken. Dat overtuigd ons om te blijven. We krijgen een stapelbed op een kamer van 4 personen. Na een douche en een siesta lopen we de ommuurde tuin van de albergue binnen. Hij staat vol met fruitbomen, die zorgen voor een weldoende schaduw. Hugo probeert wat kersen te plukken, maar zijn benen en armpjes zijn wat kort. Even later plukt een boomlange Duitser al het lekkers voor zijn neus weg. We schrijven er de tekst voor onze blog en daarna keuvelen we gezellig met Claude en Martine.



Vanuit de keuken waaien ons heerlijke geuren tegemoet en om 7 uur roept Erculo alle pelgrims om plaats te nemen aan de lange tafel. Het eerste gerecht is een risotto met paprika en tomaat, die overheerlijk smaakt. Dan volgt een combinatie van drie gerechten: een ensalada mixta, tortilla en aardappelen gekookt in tomaat en paprika. Dit alles overgoten met voldoende hoeveelheden vino tinto. Als nagerecht een plakje cake met frambozencoulis er boven op. De gesprekken zijn soms babylonisch verward. Frans, Zweeds, Italiaans, Portugees, Spaans, Duits en wat Vlaams kabbelt door elkaar. We weten soms niet meer wie we in welke taal moeten aanspreken.


Om negen uur pakken we onze rugzakken en gaan we onder zeil. De vele dagen achter elkaar stappen beginnen zwaar te wegen. Niet zozeer fysiek, want onze conditie is dankzij de Fitclass prima in orde, maar het is niet altijd vanzelfsprekend om je mentaal elke dag weer opnieuw op te laden voor de tocht. Avonden zoals vandaag helpen ons om door te zetten.

Al 527 km gedaan, nog 293 km te doen.

1 opmerking:

  1. Ho,Ho Peregringos ,
    Hold your horses , zou ge niet een paar dagen
    congé pakken ,subiet zijt ge al terug thuis en waar moeten we dan spannende bedverhalen gaan lezen? Neem eens goed hotel en wacht tot Hugo zijn teen genezen is , en het minder warm is ,of neem een taxi naar een paar haltes verderop en beschrijf voor een paar dagen hoe uw bekende medepelgrims aankomen .Terwijl jullie met een sangria & cervesa ,benen omhoog observeren.
    Kan ook plezant zijn en het leven is nog lang.....!
    Groeten Nonno Ness

    BeantwoordenVerwijderen